Tandarts voor de Raad van State : de auditeur spreekt zich uit voor de opheffing… van de acte van het RIZIV
Heden, op 4 mei 2010, werd voor de VIde Kamer van kort geding bij uiterst dringende noodzakelijkheid de zaak gepleit van een jonge Brusselse tandarts tegen het RIZIV, aangaande een mysterieuze « schorsing » door de DGEC voor een periode van drie maand met ingang van 23 maart 2010 (zie onze vorige News van 19 en 30 april 2010).
Hoewel opgeroepen volgens de regels, is het RIZIV niet verschenen.
Tijdens de zitting was er veel sprake over art. 153 van de GVU wet aangaande de geneesheren-adviseurs, niemand kon inzien hoe die het RIZIV toeliet om de terugbetaling van verstrekkingen van een zorgverstrekker te schorsen.
Auditeur DELVAX heeft erkend, dat in een systeem waarin de gezondheidsverstrekkingen het voorwerp uitmaken van terugbetaling door het RIZIV via derdebetalers of in contanten, de schorsing van dat recht een zware afbreuk deed aan de zorgverstrekker, evenwaardig aan een « professionele terdoodveroordeling » gezien zijn patiënten zich dan naar andere zorgverstrekkers oriënteren.
Hij heeft tevens erkend dat er hoogdringendheid was, gezien het risico op faillissement van de burgerlijke vennootschap van de tandarts, die hierdoor beroofd was van financiële inkomsten.
Tenslotte heeft hij voorgesteld om de hoofdakte te schorsen omdat de afwezigheid van het RIZIV de Raad van State niet toeliet om op ernstige wijze de motieven van zijn beslissing te beoordelen.
Alvorens de beslissing in beraad te nemen heeft de voorzitter HOYET zich afgevraagd wat precies de aard van de schorsing inhield : handelde het zich om een « schorsing van de RIZIV erkenning » ?
Het is dus waarschijnlijk dat de beslissing van het RIZIV opgeheven zal worden binnen enkele dagen.
Dit gezegd zijnde, na dit eerste arrest dat zal volgen – en in de veronderstelling dat het in het voordeel van de zorgverstrekker uitvalt -, zal er een nieuwe zitting plaatsvinden in aanwezigheid van een vertegenwoordiger van het RIZIV : de eventuele schorsing van de akte zal dan omgekeerd kunnen worden.
Er dient te worden opgemerkt dat het zwaartepunt van deze zaak oscilleert rond de beslissing van het RIZIV – met name, de schorsing van de schorsing (sic) – en niet rond zijn opheffing…