Een onschuldige veroordeeld…
Een beslissing van 7 november 2007 van de leidend ambtenaar van de DGEC veroordeelt een tandarts omdat deze de « regel van de opereerstreken » zou hebben overtreden door een chirurgische extractie (in 2004, op datum van de feiten werd deze prestatie terugbetaald) te cumuleren met een curettage van osteïtis :
Download : 20071107N03NL.pdf
https://inami.fgov.be/care/all/infos/jurisprudence/pdf/2007/20071107N03NL.pdf
Daar waar de curettage van osteïtis toebehoort tot de stomatologische nomenclatuur is de chirurgische extractie in tegenstelling tot wat de naam laat vermoeden een louter tandheelkundige ingreep.
Maar de « regel van de opereerstreken » is enkel van toepassing op chirurgische ingrepen : dit is ook zo door de Tandheelkunidge Technische Raad (TTR) beslist op 21 juni 1996 en herhaald op 12 april 2007 meer bepaald voor het speciefieke geval van « cumul van chirurgische extractie (303170) en een curettage van osteïtis (317052).
Vermits de tandarts – die zich zelf verdedigde – de beslissing van de leidend ambtenaar niet heeft aangevochten is deze nu definitief.
Op het comite van de DGEC, het representatief organisme gelast om toezicht te houden op de DGEC is de ontsteltenis groot daar de DGEC een zetelend vertegenwoordiger heeft in de TTR die dus normalieter op de hoogte dient te zijn van beide beslissingen van 1996 en 2007.
Er dient ook te worden opgemerkt dat misbruik gemaakt wordt van het feit dat de PV’s van vaststelling van de inspecteurs van de DGEC van bijzondere bewijskracht genieten … en – om de zaken nog erger te maken ! – een pagina ontbreekt in de beslissing gepubliceerd op de website van het RIZIV.
Deze zaak wijst zonder enige twijfel de grenzen aan van een rechtssysteem samengesteld uit één enkele persoon die optreedt als vervolgende en rechtsprekende partij tegelijk.