Het KB van 9 mei 2008 dat de werking van de Kamers van eerste aanleg en Kamers van beroep regelt is verschenen in het BS van 20 juni 2008
Het KB van 9 mei 2008 dat de modus operandi en het Reglement bepaalt van de procedure van de Kamers van eerste aanleg en van de Kamers van beroep horend bij de Dienst voor Geneeskundige Evaluatie en Controle van het RIZIV is verschenen in het B.S. van 20 juni 2008.
Ter herinnering, het Comité van de DGEC (het organisme belast met het “waken” over deze laatste) heeft zijn rechtsprekende functie moeten afstaan aan ;
a) de tweetalige leidend-ambtenaar van de DGEC voor de “kleinere” zaken ;
b) de Kamers van éérste aanleg voor de zaken waar de teruggevorderde bedragen meer als 25.000,00 euros bedragen en/of indien er sprake is van recidive of fraude ;
Dit nieuw procedure Reglement staat een termijn van drie maanden toe aan de partijen om hun conclusies neer te leggen aan het Comité daar waar het er vroeger twee waren. Daarenboven is het rechtscollege nu ééntalig – Franstalig of Nederlandstalig – daar waar het Comité tweetalig was.
De filosofie van de verandering is zeer duidelijk : een rechtsprekende competentie van éérste graad was toegekend aan de DGEC in 2003 met als doel de beslissingen te uniformiseren. Eerst werd de verstrekker uitgenodigd om zijn “schriftelijke opmerkingen” aan het Comité te richten. Indien deze niet voldeden stelde het Comité twee auditeurs aan gelast met het aanhoren van de zorgverstrekker. Hierna delibereerde het Comité op basis van het rapport van de auditeurs.
Heden worden de “kleinere” zaken snel behandeld (de termijn voor het leveren van “geschreven verantwoording” bedraagt enkel twee maanden), maar de zorgverstrekker mag altijd beroep aantekenen tegen de beslissing van de leidend ambtenaar waarbij de Kamer van eerste aanleg zetelt als eerste graad van hoger beroep.
De zwaardere zaken daarentegen worden behandeld zoals in een rechtscollege van gerechtelijke orde geïnspireerd op het burgerlijk model zelfs, vermits de DGEC enkel één der betrokken partijen is en niet geniet van de prerogatieven gelijkwaardig aan die van het Parket.
Belangrijk verschil sinds mei 2007 : het beroep is niet meer opschortend, de beslissingen zijn onmiddellijk uitvoerbaar !