Radioloog vrijgesproken : de DGEC tekent geen beroep aan tegen de beslissing van de KEA
Men zal zich herinneren (zie onze News van 20/11/2009 Over de onpartijdigheid van de rechtscolleges van het RIZIV en van 18/12/2009 Vrijspraak !) aan de zaak, waar de DGEC zich tegenover een jonge radioloog stelde die verdedigd werd door Dr BOURGUIGNON.
Na een bijzonder bewogen hoorzitting heeft de KEI deze collega vrijgesproken : de tenlastelegging geformuleerd door de Dienst werd als niet bewezen en de klacht als zijnde niet gegrond geacht !
De termijn om in hoger beroep te gaan is verstreken zonder dat de DGEC beroep heeft aangetekend tegen de beslissing van de KEI, waardoor deze heden definitief is geworden, en de DGEC zal deze geanonimiseerd op de website van het RIZIV moeten publiceren*, in het gedeelte gewijd aan de rechtspraak van de administratieve rechtscolleges.
We vernemen dat deze zaak de DGEC diep getraumatiseerd heeft : de dubbelzinnigheid van zijn processen-verbaal van vaststelling (PVvVaststelling) is hiermee opgeheven.
Inderdaad, de wet van 1972 over de arbeidsinspectie en artikel 169 van de GVU wet kennen bijzondere bewijskracht toe aan de processen verbaal van vaststelling van de inspecteurs van de DGEC : deze PVvVaststelling « zijn bewijskrachtig behoudens tegenbewijs », net als bijvoorbeeld de processen-verbaal van politieagenten inzake weggebruik.
Echter, deze bijzondere bewijskracht is enkel gebonden aan de persoonlijke materiële vaststellingen** van de inspecteurs, en niet aan de juridische afleidingen die ze er uit trekken, noch aan hun theorieën – hierbij « tenlasteleggingen » genoemd : indiciën of overwegingen kunnen materiële feiten niet vervangen.
Men bevond zich dus reeds geruime tijd in een situatie – die trouwens fel door de VBS aangeklaagd werd – waarin de DGEC in zijn PVvVaststelling materiële vaststellingen en juridische overwegingen of hypothetische feiten doorheen haalde om achteraf, voor de rechtscolleges, de bijzondere bewijskracht in te roepen met betrekking tot alles !
Deze situatie was uitermate funest, vermits ze de DGEC toeliet om abusievelijk de bewijslast om te keren.
Het volstond inderdaad dat de DGEC verbaliseerde op basis van een eenvoudige thesis, « tenlastelegging » gedoopt (en niet persoonlijk door de inspecteur vastgestelde materiële feiten) om de zorgverstrekker aan te zetten om zijn onschuld te bewijzen – een eerder moeizame taak !
In de zaak die het voorwerp maakt van dit News, heeft de inspecteur – Dr Marc DEMARET – geen materiële feiten aangekaart die behoorlijk door hem werden vastgesteld : zijn PVvVaststelling was enkel een thesis – hetgeen de DGEC trouwens genoodzaakt was toe te geven in zijn conclusies.
Het werk van de verdediging van de radioloog bestond er dus uit om het tegenbewijs aan te voeren voor de beschreven feiten door Dr DEMARET via getuigenissen, getuigschriften van Universiteitsprofessoren… en zelfs een vaststelling door een deurwaarder die aantoonde dat de inspecteur « vergeten » was om een lokaal aan te geven op zijn grondplan !
__________
* Het gaat om een wettelijke verplichting, wiens bedoeling eigenlijk diende de fraudeurs af te schrikken : De beslissingen van de Leidend ambtenaar of van de door hem aangewezen ambtenaar, de Kamers van eerste aanleg en van de Kamers van beroep, behalve in tuchtmaatregelen zoals bedoeld in artikel 155, worden anoniem gepubliceerd op het internetadres van het RIZIV (Art. 157 §3 van de ZIV wet).
** Zie in dat verband tevens het arrest van het Hof van Cassatie van 17 april 1998 (inzake fiscaliteit, maar het principe geldt tevens in andere domeinen).