Tandprothesen, zelfs voor de doden…
Wist u dat artikel 6, § 5 van de Nomenclatuur van de gezondheidsverstrekkingen het overlijden van de rechthebbende tijdens de vervaardiging van zijn uitneembare tandprothesen voorzien heeft ?
§ 5. Uitneembare partiële en volledige prothesen
1. Algemeen
1.3. Indien de rechthebbende, die voldoet aan de voorwaarden tot verzekeringstegemoetkoming voor een tandprothese, overlijdt tijdens de confectieperiode van zijn prothese, wordt de voorziene verzekeringstegemoetkoming herleid tot :
– 25 % indien de standaardafdrukken en de individuele afdrukken reeds genomen werden en de beetwallen gerealiseerd;
– 50 % indien bovendien de beetrelatiebepaling geschiedde en de prothese in pas is;
– 75 % na de afwerking, maar voor de plaatsing en controle.
Als bewijs moeten de gerealiseerde werken samen met de hogervermelde documenten aan de verzekeringsinstelling bezorgd worden.
Bij gelijkaardige (sic) gevallen kan de Technische tandheelkundige raad aan de hand van een omstandige aanvraag en onder dezelfde voorwaarden verzekeringstegemoetkoming verlenen.
Dit zou eventueel kunnen dienen als basis voor de berekening van het differentieel onverschuldigd bedrag* in geval dat een tandarts een prothese geattesteerd zou hebben zonder alle reglementaire zittijden te hebben doorlopen !
________________
* Cfr art. 142, § 1 van de ZIV wet, van toepassing vanaf 15-5-2007 :
Bij een inbreuk op de bepaling van artikel 73bis, 1° en 3°, slaat de terugbetaling op de volledige waarde van de verstrekkingen die ten onrechte aan de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging werden ten laste gelegd. In de gevallen voorzien in 2° en 4° van artikel 73bis komt de waarde van de terugbetaling overeen met de door de verzekering voor geneeskundige verzorging geleden financiële schade, zoals geraamd door de Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle, op voorwaarde dat de schade nog niet werd vergoed op basis van een andere bepaling van deze wet.