Securimed derde betaler
  • Eerste tariferingsdienst van derde-betaler voor geneesheer-specialisten en tandartsen
  • Nazicht van de verzekerbaarheid van patiënten
  • Juridische bijstand in geval van vervolging door de DGEC (Dienst voor Geneeskundige Controle van het RIZIV)
  • Opvolging van betalingen door de VI

Ontdek komende zondag de kwaadaardigste operatie ooit opgezet door de DGEC !

30/03/2012 by admin

Deze zondag om 0:10 uur kan u via onze site www.securimed.eu/nl de boosaardigste operatie ooit gerealiseerd door de DGEC ontdekken, en die momenteel aan de gang is : de infiltratie van sociale netwerken – vooral Facebook – om er vertrouwelijke informatie aan Belgische geneesheren en tandartsen te ontfutselen.

De informatie die wij deze zondag in exclusiviteit zullen onthullen komen van onze achtenswaardige correspondent binnen de DGEC, en we zouden hem in gevaar brengen als we niet het embargo in acht nemen dat hij ons heeft opgelegd en dat nodig is om zijn anonymaat te vrijwaren.

Wij vragen u derhalve om wat geduld, echter, wij kunnen u nu reeds verzekeren dat wat komende zondag onthult zal worden de verbeelding te boven gaat !

No Comments »

Waarom niet uw « RDB » op een spaarrekening laten storten ?

29/03/2012 by admin

Inzake bankrekeningen zijn er twee benaderingen mogelijk : « RDB » op dezelfde rekening ontvangen als de andere beroepsinkomsten of een aparte rekening aanleggen, uitsluitend voor inkomsten uit RDB.

Beide benaderingen hebben zo hun voor- en nadelen, en de keuze hangt uiteindelijk af van de gevoeligheid van de zorgverstrekker…

Echter, als u kiest voor de tweede oplossing, waarom dan niet een spaarrekening gebruiken : deze rekeningen genereren kleine intresten en, vooral, ze zijn vrij van kosten !

Het principe van deze spaarrekeningen is dat men ze naar believen kan aanvullen – dat is natuurlijk het doel nagestreefd door de bank – ook met bedragen bekomen via RDB.

Anderzijds kan men in de regel niet de betalingen rechtstreeks laten uitvoeren vanaf deze rekeningen : eerst dient een bepaald bedrag overgeschreven te worden van de spaarrekening naar de zichtrekening.

No Comments »

Sociaal strafwetboek : de wet van 15.2.2012 herstelt de « wetgevende flater »

28/03/2012 by Dr R. BOURGUIGNON

Men herinnert zich nog dat het Strafwetboek in voege sinds 1 juli 2011 impliciet de administratieve rechtscolleges van het RIZIV geannuleerd heeft.

Natuurlijk wist men dat deze « wetgevende flater » onverwijld hersteld ging worden van zodra België over een volwaardige regering zou beschikken.

De wet van 15 februari 2012 is in voege getreden tien dagen na zijn verschijning in het Belgisch Staatsblad, hetzij op 18 maart 2012.

Des te min, het in voege treden met retroactieve werking is onmogelijk met betrekking tot administratieve boeten, want de wet van 15 februari 2012 voorziet een zwaardere sanctie.

Echter, een algemeen rechtsbeginsel schrijft voor dat zwaardere straffen niet retroactief opgelegd kunnen worden.

Conclusie :

1° De inbreuken zullen verder opgespoord en vastgesteld worden conform de Strafwet ;

2° De administratieve rechtscolleges van het RIZIV zijn opnieuw bevoegd om in kennis gebracht te worden van de onregelmatigheden begaan door de zorgverstrekkers ;

3° De terugvordering van ten onrechte betaalde prestaties – handeling met burgerlijk karakter – kan hernomen worden ;

4° Anderzijds, de rechtsgedingen – waarvoor nog geen definitief oordeel geveld is – betreffende de inbreuken begaan vóór 18 maart 2012 kunnen alleen aanleiding geven tot sancties voorzien door de Strafwet, meer bepaald een maximum boete – van strafrechtelijke aard – van 500 euro.

Blijft de vraag hoe het voormalig artikel 225, 3° geïnterpreteerd moet worden :

3° de beoefenaars van de geneeskunst, de kinesitherapeuten, de verpleegkundigen en de paramedische medewerkers die een getuigschrift voor verstrekte hulp uitreiken terwijl niet is voldaan aan de bepalingen van de voormelde wet van 14 juli 1994 en de uitvoeringsbesluiten en -verordeningen ervan.

Heeft de boete betrekking op « elk getuigschrift » of op de « globale factuur », enz ? We zullen nooit het antwoord weten gezien dit artikel zopas afgeschaft werd…

15 FEBRUARI 2012. — Wet tot wijziging van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, en van het Sociaal Strafwetboek

ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

HOOFDSTUK 1. — Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. — Wijziging van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

Art. 2. Artikel 169 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, vervangen bij de wet van 6 juni 2010, wordt vervangen
door wat volgt :

« Art. 169. De inbreuken op de bepalingen van deze wet, zijn uitvoeringsbesluiten en verordeningen, worden opgespoord en vastgesteld overeenkomstig het Sociaal Strafwetboek.

De sociaal inspecteurs, bedoeld in artikel 16, 1°, van het Sociaal Strafwetboek, beschikken over de in de artikelen 23 tot 39 van het Sociaal Strafwetboek bedoelde bevoegdheden wanneer zij, ambtshalve of op verzoek, optreden in het kader van hun opdracht tot informatie, bemiddeling en toezicht inzake de naleving van de bepalingen van deze wet, de uitvoeringsbesluiten en verordeningen ervan.

De inbreuken worden bestraft overeenkomstig het Sociaal Strafwetboek, met uitzondering van de inbreuken lastens de in artikel 2, n), gedefinieerde zorgverleners en gelijkgestelde personen, bedoeld in en
vervolgd overeenkomstig de artikelen 73, 73bis, 138 tot 140, 142 tot 146bis, 150, 156, 157, 164 en 174. »

HOOFDSTUK 3. — Wijzigingen van het Sociaal Strafwetboek

Art. 3. In artikel 28 van het Sociaal Strafwetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht :

1° in § 1, eerste lid, 2°, worden de woorden « op voorwaarde dat deze gegevens vermeld zijn in het koninklijk besluit bedoeld in § 4 » opgeheven;

2° paragraaf 4 wordt vervangen door wat volgt :

« § 4. De Koning kan, ten informatieve titel, een lijst opstellen met de in § 1, eerste lid, 2°, bedoelde gegevens die ingevolge de wetgeving dienen te worden opgemaakt, bijgehouden of bewaard, en die zich op
informatiedragers bevinden op de arbeidsplaatsen of op de andere plaatsen die onderworpen zijn aan het toezicht van de sociaal inspecteurs of die vanuit deze plaatsen toegankelijk zijn via een informaticasysteem of via elk ander elektronisch apparaat en waartoe de sociaal inspecteurs toegang hebben. »

Art. 4. Artikel 225, 3°, van hetzelfde Wetboek wordt opgeheven.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met ’s lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 15 februari 2012.

No Comments »

Profielencomissie voor tandartsen : wat mag men verwachten ?

28/03/2012 by Dr R. BOURGUIGNON en LTH D. HATZKEVICH

VRAAG :

Geachte Dr Bourguignon,

Deze ochtend ontving ik een aangetekende brief van het RIZIV voor een onderhoud betrekkelijk de Profielencomissie die plaats zal hebben op … 2012 om 15uur, Tervurenlaan 211 – 1150 Brussel.

Kan u mij zeggen waaraan men zich mag verwachten en wat het behelst ?

ANTWOORD :

De Profielencomissie (PC) ontleent haar bestaan aan artikel 30 van de GVU wet en zijn toepassingsbesluiten.

Ze  hangt af van de Dienst Gezondheidszorgen – en niet van de Dienst voor Geneeskundige controle – en vergadert een keer per maand (men mag om uitstel vragen…) ; zoals de naam het aangeeft, bestaat haar opdracht eruit om het individueel profiel van verschillende zorgverstrekkers te bestuderen.

De tandheelkundige Profielencomissie bestaat uitsluitend uit tandartsen en de vragen die ze stelt aan de zorgverstrekker zijn drieërlei :

a) Berekeningen en statistieken

De PC beoogt in essentie twee doelen :

– nazicht of het werkrooster van de zorgverstrekker en de gemiddelde duur van elke handeling (aantal stoelen, aanwezigheid van een assistente, enz.) verenigbaar zijn met zijn individueel profiel ;

– het onderzoek van elk « onevenwicht » daaromtrent (bijv. preponderatie van dure verstrekkingen, onderweging van radiografieën ten aanzien van vullingen, enz.) ;

Er dient te worden opgemerkt dat stagiair-tandartsen altijd onder het RIZIV nummer van hun stagemeesters attesteren en hierdoor aanzienlijk zijn profiel « vervalsen »…

b) « Hoe gaat u te werk ? »

Het panel van tandartsen dat de PC samenstelt formuleert elke nuttige vraag betreffende het instrumenteel aspect van de geattesteerde handelingen, de voorgeschreven geneesmiddelen, enz.

De PC vraagt tevens wat de modaliteiten zijn bij toepassing van RDB (Securimed is zeer goed gezien…).

c) « Examen over de Nomenclatuur »

Een tandarts moest onlangs – onder andere – de volgende vragen beantwoorden, die rechtstreeks uit de site van Securimed lijken te komen :

– bij een 55 jarige patiënt extraheert u de 25 en de 26, vervolgens gaat u over tot het curetteren van de twee tandkassen wegens een osteïtis : wat attesteert u ?

– bij een patiënt van 35 jaar, verkerend in goede gezondheid, extraheert u de 26 : wat attesteert u?

Het spreekt voor zich dat de academische antwoorden indruk maken op de PC en deze gerust stellen…

‘s Anderdaags al kan men bellen naar de secretaris van de PC en de rituele vraag stellen : « DGEC of geen DGEC ? »

De processen-verbaal van de PC van de profielen lijken altijd in het Nederlands te zijn opgesteld… zelfs voor de Franstalige zorgverleners !

In dien mate dat een oproeping door de PC op zich al wil zeggen dat het profiel afwijkingen vertoont, zijn er meer verstrekkers die « buizen » dan welke er slagen : men dient dus vooral zijn best te doen om de oorzaak van het onevenwicht of het hoge zakencijfer te verantwoorden.
________________
* Profielencommissies

Art. 30. [V – Wet(II) 24-12-02 – B.S. 31-12 – ed. 1; W – Wet(div) 10-12-09 – B.S. 31-12 –
ed. 3 – art. 24]

De Koning kan, na advies van het Verzekeringscomité, in de schoot van het Instituut profielencommissies instellen of afschaffen die als taak hebben de profielen te evalueren op grond van de in artikel 206, tweede lid, opgelegde statistische tabellen[ en de in artikel 165 bedoelde gegevens].

De samenstelling en de werkingsregelen van die commissies worden door de Koning bepaald. De Koning benoemt de voorzitter en de leden van die profielencommissies.

[I – Wet 24-12-99 – B.S. 31-12 – ed. 3]

Het Instituut is ertoe gemachtigd de voormelde profielen te analyseren met het oog op een evaluatie ervan enerzijds, en met het oog op de uitwerking van nieuwe vergoedingswijzen voor de verleende verzorging en de afgeleverde producten, anderzijds. De resultaten van deze analyses worden meegedeeld aan de betrokken Profielencommissies, en onder de door de Koning te bepalen modaliteiten en voorwaarden, aan andere organen, Commissies en personen.

No Comments »

De juridische expertise van Securimed verijdelt de oneerlijke manoeuvres van de DGEC van het RIZIV !

23/03/2012 by Dr R. BOURGUIGNON

We bevinden ons vandaag in de allerergste configuratie : het is algemeen bekend, de Belgische federale Staat loopt letterlijk op zijn tandvlees en probeert met alle middelen een maximum aan gelden te bemachtigen om zijn schatkist te vullen.

De « subprimes », de bankcrisis, de economische crisis, de Griekse schuldencrisis, de langdurige afwezigheid van een Belgische regering, de neiging tot separatisme, de « toegeëigende bevoegdheden »… en nu vooral DEXIA – waarachtig Danaïdenvat voor wie de federale Regering zich bijzonder onbedachtzaam borg gesteld heeft voor tientallen miljarden euro’s* – verklaren het huidig klimaat van heksenjacht.

De DGEC – de Dienst voor Geneeskundige controle van het RIZIV – roemt zich over de terugvordering van steeds hogere bedragen verkregen van zorgverstrekkers, en over de administratieve boetes die hij hen oplegt en die kunnen oplopen tot 200% van de ten onrechte betaalde prestaties.

Als de DGEC zich tenminste eerlijk zou opstellen en de wet eerbiedigen… maar hij overtreedt ze openlijk, zonder de minste scrupules !

We spreken hier niet eens over de klassieke intimidatietechnieken (« Als u niet tekent zullen we het Parket verwittigen… ») en andere razzia’s van inspecteurs in zwarte oliejekkers, wat de DGEC ooit de weinig flatterende bijnaam « Gestapo » heeft bezorgd.

Kinderen niet ouder dan 12 jaar worden ondervraagd en gebruikt als tolk, zorgverstrekkers worden « geschorst » van terugbetaling – de « professionele dood » – van de ene op de andere dag, zonder zelfs over de onwetmatige beslissing van de DGEC in kennis gesteld te worden (ze komen het te weten via hun patiënten die hen woedend hun GVVH terugbrengen…), de geneesheer-inspecteurs die hun hiërarchie niet gehoorzamen worden vervolgens beschermd – en zelfs gefeliciteerd ! – als men maar kan « winnen » tegen de zorgverstrekker…

De patiënten op hun beurt worden gefotografeerd door de DGEC net als voor de gerechtelijke identiteit, zoals criminelen : men ziet het gezicht van de patiënt, waaronder een bord met zijn gegevens… Wat is het nut hiervan zij het niet om ze « in de juiste stemming te brengen » alvorens te verhoren ?

De onderzoeksdossiers zelf worden soms « bezwendeld » : de DGEC brengt uitsluitend, voor de zorgverstrekker, ongunstige patiënten aan  en doet alsof het om een willekeurige steekproef handelt (« randomized ») – de gunstige gevallen worden op hun beurt discreet weggemoffeld – en dan worden de resultaten verkregen via deze gebiaseerde selectie geëxtrapoleerd het volledig profiel !

Zomede komt hij tot astronomisch hoge ten onrechte betaalde prestaties, in de grootteorde van honderde duizenden euro’s, waar zich nog administratieve geldboetes aan toevoegen : de eindrekening bedraagt soms een miljoen euro.

De leidend-ambtenaar van de DGEC overtreedt openlijk de wet in zijn functie van eerstegraads « rechtscollege » : de GVU wet geeft hem inderdaad de bevoegdheid om zaken te behandelen die minder dan 25.000,00 euro bedragen.

Echter, wat doet hij ? hij verklaart zich bevoegd in die gevallen waar het bedrag van de ten onrechte betaalde prestaties deze geldsom overschrijdt, en zijn beslissingen zijn uitvoerbaar bij voorraad, ook al tekent de zorgverstrekker beroep aan.

Hij gaat zelfs zo ver dat hij administratieve boetes oplegt aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon bij wie één of meer zelfstandige zorgverleners tewerkgesteld zijn : als u zelfstandige tandartsen in uw lokalen laat werken riskeert u thans administratieve geldboetes… ook al krijgen ze van u niet de minste instructie.

Daarenboven zal u de totaliteit van het ten onrechte uitbetaalde bedrag moeten terugbetalen en niet enkel het gedeelte dat u in naam van afdracht toekomt !

Natuurlijk, op gebied van vorm, is dit allemaal vrij goed verpakt en aangereikt, met talrijke « synoptische tabellen », zo goed dat het merendeel van de mensen – advocaten inbegrepen – er geen graten in zien.

Echter, wat Securimed heeft toegevoegd, is een gemengde bekwaamheid : juridische, medische, tandheelkundige, administratieve en statistische, zo goed dat de DGEC quasi systematisch afgehouden wordt.

Afgebroken onderzoeken, vrijspraken, tentoonspreiding – via onze website – van de oneerlijke technieken en/of de onbekwaamheid van de geneesheer-inspecteurs en van hun hiërarchie binnen de DGEC… en zelfs het wraken van bepaalde verdachte bijzitters : ziehier de balans van de werkzaamheden van Securimed sinds 2006.

Als men het heeft over de « verdachte houding van bepaalde bijzitters », dan gaat dit trouwens bijzonder ver : zo is er het voorbeeld van de bijzitter die de afgevaardigde van de DGEC te midden van de hoorzitting voortdurend tutoyeerde en die heel de tijd maar bleef herhalen – zelfs tijdens het pleidooi van de verdediging van de zorgverstrekker, net of het de bedoeling was om hun stem te overtreffen – dat deze laatste schuldig is.

Het verbaasd ons dan ook niet dat een belangrijk aantal geneesheren en tandartsen elk jaar België vol walging verlaten…

Het spreekt voor zich dat wij de documentaire bewijzen in handen hebben over alles wat wij hier aanbrengen en wat reeds grotendeels verspreid werd via onze website !
_______________
* Het totaal aan leningen en waarborgen toegekend aan uitsluitend DEXIA door België en haar federale entiteiten sinds het begin van de bankcrisis bereikt de werkelijk hallucinante som van… 510 miljard euro.

No Comments »

“Sabam int geen rechten bij tandarts, wél in wachtzaal”

19/03/2012 by admin

(Belga) Sabam heft enkel auteursrechten in de wachtkamer van de tandarts, niet in de praktijkruimte zelf. Zo reageert de Belgische auteursrechtenvereniging op het arrest van het Europese Hof van Justitie, dat oordeelde dat tandartsen geen auteursrechten moeten betalen voor de achtergrondmuziek in hun particuliere praktijk.

De wachtzaal is echter een openbare plaats, zegt Jérôme Van Win van Sabam. Uit het arrest en de eerdere conclusie van de advocaat-generaal van het Hof kan volgens een bron bij het Hof nochtans opgemaakt worden dat de Europese rechters met het arrest ook de wachtzaal viseren.

Enkel verzorging
“De patiënten van een tandarts gaan uitsluitend voor tandverzorging naar een tandartspraktijk en daarbij is een uitzending van fonogrammen geen aan tandverzorging inherent aspect. Zij horen toevallig en buiten hun wil bepaalde fonogrammen, afhankelijk van hun aankomsttijdstip in de praktijk en hun wachttijd alsook van de aard van de behandeling. In deze omstandigheden kan niet worden verondersteld dat de normale kring van patiënten van een tandarts ontvankelijk is voor de betrokken uitzending”, stelt punt 98 van het arrest.

Hotels
Het Hof oordeelde ook dat hoteluitbaters wel auteursrechten moeten betalen voor de radio’s en tv’s in hun kamers. Sabam heft nu al auteursrechten voor hoteluitbaters, dus op dat vlak verandert de uitspraak niets.

No Comments »

U steunt toch ook het Sociaal Tandheelkundig Netwerk VIP

18/03/2012 by Dr R. BOURGUIGNON

Vaak staan de woorden « sociale tandheelkunde » of « tandheelkundige derdebetalers » synoniem voor « verzorging van mindere kwaliteit » of zowaar « ontmenselijking ».

Natuurlijk is in sommige gevallen het centrum voor sociale tandheelkunde er de oorzaak van, maar vaak ligt het aan de patiënten zelf die verre van onberispelijk zijn : gemiste afspraken, openstaande rekeningen, niet afgehaalde prothesen… de lijst tekortkomingen uit hoofde van patiënten is lang.

Dit alles trekt de sociale tandheelkunde – of ten minste het imago ervan – danig naar beneden, om er een knoeiers-tandheelkunde van te maken – of men nu denkt aan de schandelijke praktijken van Nisol en Bisson -, bestemd voor ongelukkige werk- en daklozen, of aan de talrijke illegalen die in onze grootsteden overleven.

Echter, in 2012 meer als ooit tevoren, is de sociale tandheelkunde – spreek : diegene waar derdebetalers een belangrijk deel van uitmaakt – onontbeerlijk geworden voor de bevolking

We bevinden ons namelijk te midden van een financiële crisis : voor de patiënten, is dit het tijdperk – alweer dankzij de globalisering – van torenhoge huurprijzen en onbetaalbare energie ; maar dit is ook het tijdperk waarin de toepassing van derdebetalers opgelegd werd… aan gewone HA.

Kan een onderwijzeres met een netto inkomen van nauwelijks 1.200 euro per maand werkelijk erelonen bekostigen van 150 of 200 euro, terwijl haar huur alleen al – kosten niet meegerekend – om en bij de 500 euro per maand bedraagt ?

Natuurlijk niet… maar is ze dan noodgedwongen een « ellendige », met geen andere keus dan in de rij te staan aan het Hof van mirakels in zijn tandheelkundige variant ?

Wij hebben nooit de visie van het VVT gedeeld, deze Vlaamse organisatie die onophoudelijk gepoogd heeft om derdebetalers te herleiden tot een marginale rol en die zich trouwens zwaar heeft laten afstraffen tijdens de laatste tandheelkundige verkiezingen van juni 2011 : voor het VVT geldt « derdebetalers dat zijn de kansarmen, en de armen dat is Wallonië ».

Vanwaar het idee om de sociale tandheelkunde te rehabiliteren aan de hand van een kwaliteitslabel, een « win-win » die tandartsen en patiënten verenigt via wederzijdse autodiscipline.

« Sociaal Tandheelkundig Netwerk VIP » : ziehier een tegenstrijdige naam die boeit !

Hoe is het mogelijk om als een VIP behandeld te worden terwijl men zich naar een « sociaal » tandheelkundig centrum begeeft aan wiens deuren men zogezegd al zijn trots zou moeten opgeven, gezien het « ondermaats » karakter ervan.

Wij verwerpen deze vergelijking : het is perfect mogelijk om de sociale patiënt hetzelfde comfort te garanderen, hetzelfde eerbetoon, dezelfde verzorging, en dezelfde diensten te bieden waar de meer gegoede patiënten van genieten.

Het is een kwestie van organisatie en goede wil.

Maar het is ook, zoals hierboven reeds gezegd, een kwestie uit hoofde van de patiënt zelf, die aldus gelijke tred moet houden met de inspanningen die het centrum levert.

Is het zo moeilijk om zijn tandarts te verwittigen in geval van verhindering ? Is het teveel gevraagd om oprecht te zijn inzake verzorging met beperkte periodiciteit – want in het regime van derdebetalers, is het de tandarts die financieel gesanctioneerd zal worden ? Is het werkelijk onmogelijk om het remgeld te betalen ?

We spreken dan nog niet over de gevolgen van de leugens van « sociale » patiënten aan RIZIV inspecteurs : zie dienaangaande ons leerzaam News van 23 februari 2012 met de titel DGEC, leugens en Pro-Justitia

Het Tandheelkundig Sociaal Netwerk VIP zal dus zorgvuldig begeleid en beschermd zijn vanuit het oogpunt verdediging DGEC.

Als u fan bent van Facebook kan u de pagina van het Sociaal Tandheelkundig Netwerk VIP bezoeken, die de avant-garde is van de website die haar gewijd zal worden : u zal er tevens het « Handvest » van de verplichtingen beider partijen terugvinden en het beroep op arbitrage in geval van onenigheid.

U zal er tevens artikels lezen over de – zeer ernstige – gevolgen van absenteïsme, alsmede over andere sociale thema’s.

De filosofie van het Sociaal Tandheelkundig Netwerk VIP kan als volgt samengevat worden : de « sociale » patiënt die zich de moeite getroost om zijn tandarts te respecteren hoeft zich niet te « verlagen » in een sociaal tandheelkundig centrum : hij moet net andersom, als een echte VIP behandeld worden.

No Comments »

Wachttijd tussen de plaatsing van een tandprothese in de onderkaak en een osteogeïntegreerd implantaat

08/03/2012 by Dr R. BOURGUIGNON

VRAAG :

Geachte Dokter,

Ik stuur u deze mail in aansluiting op ons telefonisch onderhoud van deze namiddag.

Ik vraag u of het noodzakelijk is dat een termijn van 6 maanden moet verstrijken tussen de plaatsing van een uitneembare prothese in de onderkaak en een verankering.

Ik dank u bij voorbaat.

ANTWOORD :

Het antwoord op uw vraag is te vinden in artikel 6 van de Nomenclatuur (tandverzorging, toepassingsregels), § 5bis, 1) en 2) : de prothese moet ten minste twaalf maanden voor het osteogeïntegreerd implantaat geplaatst zijn – en dus vóór de verankeringen in de bestaande prothese.

De reden van bestaan voor deze termijn is te vinden in de libellé van de verstrekking 308512 – 308523 : de  » zware disfunctie » van de volledige uitneembare onderprothese moet de tijd gehad hebben om zich kenbaar te maken.

Anders gezegd, de ZIV betaalt de osteogeïntegreerde implantaten niet van ambtswege terug bij personen ouder dan 70 jaar.

Anderzijds bestaat er geen enkele andere reglementaire termijn tussen de plaatsing van het implantaat en die van de pijler of de verankeringen…

Een « garantieperiode » van twaalf maanden begint te lopen vanaf de plaatsing van het osteogeïntegreerd implantaat : de tussenkomst van de ZIV is éénmalig, en de verstrekker is er dus aan gehouden om op te volgen en desnoods het implantaat gratis te vervangen gedurende één jaar*.

De raadplegingen zijn altijd inbegrepen, voor zover dat ze het implantaat of de prothese betreffen.

« K.B. 20.3.2009 » (in werking 1.5.2009) + « K.B. 12.11.2009 » (in werking 1.1.2010)

« § 5bis. Orale implantaten

Het recht op verzekeringstegemoetkoming voor de verstrekkingen 308512-308523 en 308534-308545 is eenmalig en afhankelijk van de volgende voorwaarden, die allen gelijktijdig volledig moeten vervuld zijn :

1) de verzekerde moet minstens 12 maanden drager zijn van een uitneembare volledige onderprothese op een volledig edentate onderkaak;

2) deze uitneembare volledige onderprothese moet een correcte pasvorm, vormgeving, occlusie en articulatie hebben, minstens 12 maanden oud zijn, en tegemoetkoming genoten hebben van de verplichte verzekering voor een verstrekking uit de rubriek « Uitneembare tandprothesen, inclusief raadplegingen » of de vrije aanvullende verzekering voor zelfstandigen;

3) de implantaten moeten een minimumdiameter van 3 mm en minimumlengte van 7 mm hebben op het osteointegreerbaar deel;

4) enkel implantaten waarvan het abutment afschroefbaar is van het implantaat worden weerhouden;

5) de implantaten zijn niet voorlopig van aard;

6) de technische gegevens betreffende de gebruikte materialen – de implantaten, de abutments en verankeringen- worden in het tandheelkundige dossier van de patiënt bewaard.

De verzekeringstegemoetkoming voor de verstrekkingen 308512-308523 is eenmalig en vergoedt de heelkundige ingreep, het gebruikte materiaal, de opvolging en de eventueel noodzakelijke vervanging gedurende 12 maanden na plaatsing.

De verzekeringstegemoetkoming voor de verstrekkingen 308534-30854 eenmalig en vergoedt de abutments, de verankeringen en hun plaatsing, de controlezitting(en) en de nazorg gedurende 30 dagen na het plaatsen van de verankering in de uitneembare volledige onderprothese. »

HERRINERING :

« K.B. 20.3.2009 » (in werking 1.5.2009)
« ORALE IMPLANTATEN, inclusief raadplegingen :

308512 308523 * Plaatsen van twee osteogeïntegreerde  implantaten in de edentate onderkaak in geval van ernstige dysfunctie van de bestaande uitneembare volledige tandprothese welke voldoet
aan de voorwaarden gesteld onder artikel 6, § 5bis, vanaf de 70e verjaardag

308534 308545 * Plaatsen van het abutment op twee implantaten en aanbrengen van de bijhorende verankeringen in de bestaande uitneembare volledige onderprothese, vanaf de 70e verjaardag
______________
* Na het verstrijken van deze garantieperiode van twaalf maanden – en als de vervanging van het implantaat nodig mocht blijken -, kan de geconventioneerde zorgverstrekker dus niet-terugbetaalbare erelonen aan de patiënt aanrekenen.

No Comments »

Melktanden bij patiënten ouder dan 15 jaar : hoe attesteren ?

07/03/2012 by Lth. D. HATZKEVICH

In geval van agenesie van een definitieve tand is er – bij gebrek aan groei ervan naar het oppervlakte – geen resorptie van de tandwortels van de melktand, die bijgevolg op zijn plaats blijft.

Indien de patiënt ouder is dan 15 jaar dient men theoretisch gezien de Nomenclatuur te gebruiken die bestemd is voor de melktanden, terwijl deze maar geldig is tot de voltooiing van het 15de levensjaar.

Om uit deze patstelling te geraken, dient men als volgt te attesteren :

a) kroonvulling : men vermeldt het tandnummer van de melktand en men attesteert de codes van de definitieve tanden, met maximaal een driekvlaksvulling (cfr melktand) ;

b) wortelkanaalvulling : men vermeldt het tandnummer van de melktand en men attesteert de codes van definitieve tanden, maar hier zonder beperking van het aantal wortelkanalen*.

De VI verwerpen inderdaad de codes voorbehouden voor melktanden als de patiënt ouder is dan 15 jaar.
________________
* Dit gezegd zijnde rijst er een interessante vraag  : voor de definitieve tanden moet men ten minste tot op 2mm van de wortelpunt (radiologische apex) vullen, terwijl voor de melktanden de regel is dat de wortelkanaalvulling minstens 1/3 van het kanaal moet bedragen !

En hoe zit het in geval van agenesie van een definitieve tand ?

Vanuit tandheelkundig oogpunt, indien de tand definitief is – ook als het om een melktand gaat -, moet men natuurlijk het wortelkanaal tot op het einde vullen, dwz tot aan de fysiologische apex.

Anderzijds, vanuit reglementair oogpunt, volstaat het om tot op 1/3 van het kanaal te vullen.

No Comments »